Van dit alles kwam uiteraard niks terecht. Ik doe de boodschappen alleen (of hij koopt in zijn uppie kratten bier), ik kook alleen (of hij kokkerelt een heerlijk maal voor ons zonder mijn hulp, want met mijn hulp zou alles alleen maar aanbranden/overkoken) en het allerergste: ik doe de afwas alleen.
Ware aard
Helemaal in den beginne zette meneer nog weleens zijn beste beentje voor. Dan pakte hij spontaan de theedoek als ik wat met de borden kletterden. Na een tijdje kwam zijn ware aard boven: hij is een niet-afwasser/afdroger. Eerst voerde ik daar nog strijd om. Probeerde ik na het eten hem van de bank te krijgen. Al snel kwam ik erachter dat dat vergeefse moeite was. Met pijn in mijn hart legde ik me neer bij het feit dat er voor mij een rol als solo-afwasser was weggelegd. Natuurlijk liet ik me niet met een kluitje in het riet sturen. De afspraak werd de volgende: ik was af en meneer ruimt de afwas op als deze opgedroogd is. Het liefst vóórdat ik weer ga afwassen.
Zo hebben we een beetje een balans gevonden in het afwasgebeuren. “Waarom kopen jullie dan geen afwasmachine?” vraag je je nu wellicht af. Dàt vind ik nou net weer zonde van ons geld. Ik koop voor die centen liever iets leuks voor in huis, bijvoorbeeld een tv-meubel. Dus voor mij is het niet klagen, maar dragen. Gelukkig zijn er ergere dingen om je druk over te maken. En gelukkig zet hij wel het vuilnis buiten, doe hij de was en maakt hij de lamp van mijn fiets. Ook maait hij het gras en stofzuigt hij ónder de bank (want daar ben ik weer te lui voor). Doe ìk eigenlijk wel wat naast afwassen?
P.S. Een paar maanden na dit schrijven kochten we een vaatwasser van een kerstgift. Dé oplossing.