Dan verman ik mijzelf. Ondanks het dichterlijk zwart gat.
De afgelopen drie jaar heb ik keihard naar een climax toegewerkt. Naar de boekpresentatie op 11 november 2023 van ‘Het staat op mijn voorhoofd geschreven’. Alles wat ik deed, stond in het teken daarvan. Ik had een ijkpunt ver voorbij de horizon waar ik al die tijd naartoe leefde. Mijn droom gaf mij vleugels.
Nu is die droom gerealiseerd en dat is een prestatie om beretrots op te zijn. Laat ik dat vooropstellen en niet gedachteloos wegwuiven. Dus het is niet zo gek dat de blogwoorden niet verschijnen. Ze zijn moe van hun intense avontuur, willen op adem komen en uitrusten. Ze willen de vruchten plukken van dat wat in beweging is gezet, want dat er dingen veranderd zijn, staat als een paal boven water. Bij mij intern heeft er een kanteling plaatsgevonden en in mijn (directe) omgeving zijn er inzichten gekomen. Ik merk het aan de nieuwe samenwerkingen die ontstaan en de opdrachten die ik krijg. Ook aan de appjes die ik van lezers ontvang. Het boek heeft ze duidelijk aan het nadenken gezet. Ik kan het effect in de maatschappij niet echt meten en verwachtte misschien (te) snel een (te) groots en (te) meeslepend resultaat. Nu moet ik even eerlijk zijn: dat is niet waar ik op heb ingezet.
Mijn eigen pad bewandelen
Ik wil van betekenis zijn voor de kwetsbaren en de schrijfliefhebbers. Ik wil van betekenis zijn voor degene die geen stem hebben en ze gelijktijdig inspireren. Ik wil hun stem zijn en ze laten zien hoe het ook kan. Ja, ik wil hun stem zijn, maar daarbij mezelf niet verliezen. Dat is heel belangrijk. Zo niet het belangrijkst. Daarom heb ik ook niet een heel groot mediacircus in gang gezet. Trouw blijven aan mezelf en mijn eigen pad bewandelen is de basis. Ik wil alles met mijn volle en gezonde verstand meemaken en bijwonen en niet over een half jaar opgebrand en huilend in bed liggen. Consistent iets opbouwen wat stukje bij beetje groter wordt, is mijn wens. “Een kleine stap vooruit is ook progressie” hoor je regelmatig in de wandelgangen. Zei Neil Armstrong niet: “That’s one small step for man, one giant leap for mankind.” Niet dat mijn boek te vergelijken is met wandelen op de maan voor de wereld, maar het was wel een beetje een persoonlijke maanwandeling in mijn hoofd.
Niet zoeken maar gevonden worden
Met mijn verzinhoofd kan ik geen grote en snelle stappen zetten en ook niet veel dingen tegelijk doen. Dat is trouwens voor de meeste mensen en zaken niet goed. We kennen allemaal het gezegde ‘haastige spoed is zelden goed’. Ik heb tijd nodig om alles te kunnen verwerken, een plekje te geven in mijn hoofd en hart. Tijd om alles uit te denken en op een voor mij logische en behapbare manier op te bouwen.
Het is verstandig om nu bewust stil te staan bij wat ik gedaan heb, wat ik doe en wat ik wil gaan doen. Belangrijk is dat ik bij alles mijn eigen tempo blijf aanhouden. Dat ik de dingen doe wanneer ik voel dat ik ze moet doen. Dus niet maar wanhopig blijven schrijven en schrappen in mijn notitieboek in de hoop dat ik spectaculaire inzichten opdoe voor mijn blog, maar gewoon vertrouwen op de woorden. Dat ze komen wanneer ze nodig zijn. Ik hoef ze niet te zoeken, ze vinden mij. Zoeken naar de woorden geeft geforceerde teksten en gedachten waar ik niet achter sta. En dat is wel het laatste wat ik wil: iets doen waar ik zelf niet in geloof.
Lummelruimte
Dit betekent niet dat ik stil zit en niks doe. Ik schep de voorwaarden voor inspiratie. Dat betekent trouw mijn dagelijkse bezig- en werkzaamheden uitvoeren zoals de post rondbrengen, boodschappen doen en koken. Tussen deze activiteiten is het zaak lummelruimte in te plannen, zodat de woorden in mij kunnen vallen als ze dat nodig vinden. In de tijd dat ik niks doe en ‘alleen maar’ aan het mijmeren en dagdromen ben, doe ik eigenlijk heel veel. Juist dan ben ik aan het werk. Op een gegeven moment komt er uit al die duizenden nutteloze gedachten een hele goede. De afgelopen drie jaar kwamen die om de haverklap. Nu moet ik misschien een paar maanden wachten in verband met het dichterlijk zwarte gat, omdat de woorden al een enorme prestatie geleverd hebben. Uiteraard is het wel nodig dat ik op een ontspannen manier mijn schrijfspier blijf trainen. Dat doe ik door elke dag een paar pagina’s in mijn dagboek te krabbelen. Daarin kan ik gedachteloos gewoon van alles schrijven zonder dat het iets moois of bijzonders hoeft te zijn. Heel fijn en verademend.
Woordleegte
Ik merk dat ik mijn dichterlijk zwarte gat geforceerd probeerde op te vullen door veel input te zoeken, mezelf onder te dompelen in informatie. Maar daarmee dwaalde ik van mijzelf en van dat wat Rabarbara Rabarbara maakt af. Dus vanaf nu geef ik maar toe aan de leegte en stop ik met zoeken naar inspiratie en woorden. Je kan niet altijd ‘aan’ staan. Alles gaat in golfbewegingen en ik zit nu even in de ‘rustmodus’. Wanneer het nodig is, word ik gevonden.
Dit inzicht schept duidelijkheid. Weet wel: het dichterlijk zwarte gat is iets anders dan depressief, ongelukkig of melancholisch zijn. Het is een woordleegte. Bij mij tenminste. Deze leegte gaat vroeg of laat altijd over. De woorden nemen de tijd om zich te herschikken en komen er straks met een andere en frisse melodie weer uit. Voor nu dus even adempauze, een soort winterslaap in het voorjaar dat er al bijna weer aankomt.
Wel beroepsmatig schrijven
Het beroepsmatige schrijven kan wel gewoon doorgaan hoor! Voor het geval jullie denken dat dat ook niet lukt. Mijn werk als journalist gaat nog prima. Daarvoor schrijf ik teksten op basis van interviews en activiteiten of evenementen die ik bezoek. Ook onder mijn werk als hoofdredacteur van ‘Echt’ blijf ik mijn schouders zetten. De pauze gaat over om mijn eigen creatieve inzichten en teksten, mijn persoonlijke schrijfontwikkeling. Maar maak jullie geen zorgen, dit actieve lummelen hoort er gewoon bij!
Nieuwsgierig naar ‘Het staat op mijn voorhoofd geschreven’ ? Je kan het boek hier bestellen.
Lees ook: Hoe kom je van je inspiratie af?
2 reacties