Vergroten gaat voornamelijke op voor mijn schrijfwerk. Ik vergroot graag positieve gebeurtenissen en mensen uit en wil dat ze ‘in the spotlight’ komen te staan. Of wat oubolliger gezegd ‘in het zonnetje’. Graag laat ik mijn woordenstralen over die, dit of dat schijnen en haar, hem of het lachen van geluk.
Als vergrootglas moet ik wel oppassen wat ik uitvergroot. Als ik mijn blik per ongeluk op iets negatiefs richt (wat in onze pijnlijk moeilijk samenleving eerder regel dan uitzondering is) komt die emotie tig keer vergroot bij mij binnen. Vandaar mijn bewuste keuze voor liefde, vrijheid en blijheid. Want ik lach liever dan dat ik huil. Als ben ik ook van mening dat de barsten en pijnlijke kanten van iemand niet gemeden moeten worden. Je kan het er rustig, liefdevol en mild over hebben.
Slechts (s)pion
Na bovengenoemd inzicht ging ik nadenken en herinnerde ik mij een schilderij dat ik jaren geleden geschilderd heb. Het toeval (bestaat dat wel?) wilde dat ik daarop al een vergrootglas had getekend. Alsof mijn onderbewuste al wist wat ik nu weet. De tekst die ik erbij had geschreven is: slechts (s)pion. Daarmee doelde ik op het feit dat wij mensen allemaal slechts pionnen en spionnen zijn in het grotere geheel van het leven/de wereld. Pionnen, omdat veelal anderen onze zetten bepalen en spionnen omdat we elkaar op allerlei manieren in de gaten houden. Dat laatste bijvoorbeeld via social media.
En weer gingen de radartjes in mijn hoofd aan de slag. Ben ik ook een pion en spion? Ik merkte dat ik bij de gedachte van mijzelf als pion heel veel weerstand voelde. Ik wil zelf mijn zetten bepalen. Zelf bepalen waar ik naartoe ga en zelf weten met wie ik wat doe. Natuurlijk heb je met andere mensen in de samenleving te maken met wie je rekening moet houden, maar ik vind dat je als mens nooit de zet van een ander mens kan bepalen. Vrije wil heet zoiets geloof ik.
Ongeloofwaardige proporties
Een spion ben ik wel. Eigenlijk schaam ik mij daar best wel voor. Op social media loop ik iedereen te begluren. Het scheelt dat ik nu niet meer op Facebook zit. Dat geeft mij veel rust. Op Instagram en LinkedIn is het een stuk rustiger. Wat mijn slechte eigenschap beter maakt is dat ik mijzelf ook laat begluren. Zelf post ik regelmatig van alles op allerlei kanalen over mijn eigen leven. En ga ik in mijn woorden regelmatig met de billen bloot. Dus ik mag gluren. Van mezelf dan. Ik word graag begluurd in de zaken die ik laat zien. Misschien een beetje exhibitionistisch, maar dat moet dan maar. Als ik daarmee op mijn manier het verschil kan maken, heb ik het er graag voor over. Of vergroot ik nu mijn reikwijdte in ongeloofwaardige proporties uit?