Vasistas zijn woorden om de wereld te begrijpen. Claudia vangt haar leven in liedjes. Schrijven betekent het volgende voor haar legt ze uit in het voorwoord: “Iets bestaat al, maar doordat ik het een nieuwe naam kan geven, er woorden bij verzin om het waar te maken, zie jij het ineens ook. Vasistas!” (p. 12-13) En inderdaad. Ik zie ineens hoe de wereld waargenomen wordt door een leeftijdsgenoot van mij, ik herken mijn eigen emoties en leer dat ze universeel zijn en dat je ze ook andere (mooiere?) woorden kan geven. Ik leer dat je hetzelfde verschillend kan benoemen, dat het verschil hetzelfde is als je er in klare taal over schrijft. Geen poeha, geen tierelantijnen, maar de zaken eerlijk bij hun naam noemen en betekenis geven door ze in een herkenbare context te plaatsen.
Communicerende vaten
In het voorwoord wordt kort een citaat van Rick Rubin genoemd, wat je eigenlijk ook als een soort van motto kan zien:
‘If you consider the stories told at an AA meeting,
the healing is for both the person hearing the story
and the person telling it.
The same is true in art.’
Kort daarna legt Claudia uit dat haar werk zin heeft dankzij haar publiek. Ze is het dus eens met Rubin. “Wij zijn communicerende vaten. Mijn werk heeft zin dankzij jou.” (p. 12)
Wachten tot het over is
De liedjes zijn gegroepeerd op thema: liefde, jezelf worden, de buitenwereld binnen, familie, …en andere dierbaren, verlangen, afscheid en troost. Bij alle liedjes is een korte inleiding geschreven waarin uitgelegd wordt hoe het lied ontstaan is. Bijna bij alle liedjes moet ik zeggen. Die van ‘verlangen’ laat Claudia voor zichzelf spreken. Er zijn verschillende liedjes die mij erg raken zoals ‘Ik onthou van jou’, ‘Ik zie jou’ en ‘Jij kijkt naar mij’. Maar ik noem graag de volgende regels uit ‘Ik kom wel naar buiten als het over is’, omdat de herkenning van deze woorden nieuw voor mij was en ik dacht dat ik de enige was die zo denkt en zo voelt over de wereld van vandaag de dag. De wereld die er soms zo erg aan toe is, dat je er het liefst niet aan deel wil nemen. Je zit liever binnen met je geliefden te wachten tot al het kwaad over is. Maar gaat het ooit over? Dat vraag ik mij af.
Struisvogelpolitiek?
Soms doe ik maar of ik hoop heb op een betere wereld. Ik geef toe, het is een beetje struisvogelpolitiek. Maar als ik alles zou weten, alles zou lezen, alles zou horen over wat zich allemaal afspeelt op onze planeet zou ik geen leven hebben. Liever focus ik mij op de mooie, goede en lieve dingen, gebeurtenissen en mensen om mij heen. Liever voel ik liefde en geef ik liefde dan dat ik mij meng in al het geschreeuw, gescheld en geweld. Naïef? Wie zal het zeggen. Het is het sprankje hoop waar ik mij aan vastklamp en wat mij (woorden)vleugels en energie geeft.
Ik hoop dat jij als je mij leest je minder eenzaam en onbegrepen voelt. Al heeft maar één persoon dat gevoel is mijn missie al geslaagd. Claudia heeft met haar liedjes bij mij in ieder geval bereikt dat ik mij minder een buitenstaander voel in mijn strijd tegen de grote, boze buitenwereld en geeft mij het idee dat er meer mensen zijn die ondanks alles de liefde in hun leven omarmen en haar in haar geval letterlijk bezingen. Ook al is dat laatste gezien de thematiek niet altijd even eenvoudig. Ik bezing de liefde slechts figuurlijk. Dat mag ook. Vind ik zelf. Claudia’s liedjes zing ik in mijn hoofd mee en haar woorden resoneren na in mijn gedachten en teksten. Ik ben een communicerend vat. Mooi.
‘kom maar storm maar
laat mij erbuiten
ik kijk wel hier
achter de ruiten
kom maar storm maar
maak het maar fris
ik kom wel weer naar buiten als het over is’
(p. 96)
Eén reactie