“Hoe ouder ik word, hoe meer ik besef in wat voor mate mijn jeugd mij gevormd heeft. Ik heb tijdens mijn jeugd in Oost-Duitsland op het platteland gewoond. Mijn wereld was vrij klein. Dat is meestal normaal als je nog heel klein bent, maar DE Muur heeft iedereen letterlijk begrensd. Daar had ik toen geen besef van, wel van de prachtige natuur waarin ik mocht opgroeien. Ik heb geboft dat in 1989 DE Muur is gevallen. We woonden in een huis dat nu al zo’n honderd jaar in onze familie is. Een tijdje heb ik met mijn ouders en broer ergens anders gewoond, maar in het weekend gingen we altijd terug naar dat prachtige en landelijke huis aan het einde van een aangetrokken straat. Vanaf daar was het alleen nog maar heuvels, velden, bossen, een meer en een moeras. Eigenlijk waren we constant buiten, alle seizoenen. We verzorgden de dieren en de moestuin en banjerden door de natuur. Vooral het meer vlakbij stond garant voor eindeloos plezier. Daar heb ik leren duiken en zwemmen van mijn familie, daar ging ik met mijn opa en broer op hun roeibootje vissen. Ook was ik aan het picknicken, spelen, wandelen en bijna elke winter was het meer bevroren wat voor enorm veel schaatsplezier zorgde.”
Verbondenheid met de natuur
“Toen ik jong was, had iedereen om mij heen een moestuin. Dat was noodzaak. Er waren aparte winkels voor levensmiddelen: zuivel, groenteboer, bakker. Als er een keer bananen of ander bijzonder fruit was, ging dat van mond tot mond en gingen we naar de groenteboer om daar netjes in de rij te staan. Als de bananen op waren, waren ze op en had je pech. De volgende keer had je misschien meer geluk. Daar hoopte je dan op. Er was toen geen voedselverspilling. Niemand gooide ooit een banaan weg. Op deze manier kreeg ik besef en waardering voor voedsel. Voor mijn leeftijd ben ik ouderwets opgevoed. Sommigen zeggen dat ze in Oost-Duitsland ‘achter liepen’. Ik zou zeggen dat het leven daar iets langzamer ging en dat dat helemaal niet erg is. Daardoor heb ik nu een grote verbondenheid met de natuur. Dat kwam voornamelijk door mijn opa die bijvoorbeeld in de herfst paddenstoelen met mij ging zoeken en mij leerde welke ik kon eten. Maar ook door mijn oma met wie ik groente en fruit ging inmaken van de overvloedige oogst van de zomer zodat we in de winter ook lekker eten hadden. We hadden een eigen schuur waar allemaal gereedschap hing. Je moest vroeger vindingrijk zijn en veel dingen zelf maken. Er was ook een enorme ruilhandel in spullen. ‘Zo’n schuur waar ik in kan werken, wil ik later ook!’ droomde ik al wandelend met de honden en met mijn neus in de boeken. En nu heb ik ook een werkplaats aan huis waar ik heel blij mee ben. Soms komen wensen uit!’
Vertrouwen in de uitkomst
“Ik wilde na het gymnasium graag naar de kunstacademie en ging naar de AKI in Enschede. Het lag misschien voor de hand om naar Berlijn te gaan, maar Berlijn is erg geliefd en gewild dus daar binnenlopen gaat niet zo makkelijk. Dus ging ik andere dingen doen. Uiteindelijk ben ik in Nederland beland wat leuk was, omdat het zo anders was. Het was ook maar wennen. In de stad woonde ik met veel mensen dicht op elkaar en had ik helemaal geen vrij uitzicht meer. Kijken naar de natuur en erin vluchten om op te laden kon niet meer dus bekeek ik de mensen en bestudeerde hun gedrag. Ik heb ook een uitwisseling gedaan en een half jaar in Engeland gestudeerd. Dit omdat ik een verlangen had om bij zee te wonen. Het was er, in Cornwall, heerlijk met stranden en palmbomen en ik heb er veel van textiel design geleerd. Mijn studierichting op de AKI was beeldhouwen.
Als ik ergens aan begin weet ik nooit hoe het eindigt. Ik laat altijd ruimte voor experiment. Ik heb vertrouwen in de uitkomst. Dat is met mijn kunst zo, maar ook in hoe ik mijn leven leef. Ik laat mijn werk voor mij spreken, zelf ben ik het liefst op de achtergrond en werk ik bij voorkeur alleen in mijn atelier. Heerlijk om zo in mijn eentje aan het werk te zijn! Ik wil met zo min mogelijk tekst en uitleg laten zien hoe ik de wereld zie. De interpretatie wil ik open laten aan de beschouwer. Mijn eigen gevoel of wat ik er zelf in zie doet er niet zo toe. Het draait om degene die naar het werk kijkt. Ik hoop zo een gevoelige snaar te raken of iets teweeg te brengen.”
Eén reactie